Tags

, , ,

Interview met Bas Roetman, Trouw 2 augustus 2021

“Bij mijn afscheid als hoogleraar aan de Protestantse Theologische Universiteit kreeg ik het boek Leven in het nu van Tom Hannes, een Vlaamse zenleraar. Een prachtig boek. Zijn stelling is dat ons bestaan flinterdun is, en dat we dat moeten leren aanvaarden en er zelfs van leren houden. Ik betrek die term op mijn eigen leven en mijn levensfase. Ik ben gepensioneerd, heb minder verantwoordelijkheden en ook de prestatiedruk wordt minder. Dan wordt jouw ‘zelf’ als het ware een stuk lichter. Dat is ook mijn pleidooi in mijn boek Eindelijk volwassen: dat je wijsheid vergaart als je niet meer voortdurend werktaan je ego, aan een dik, stevig, opgepompt zelf. Dat ego moet je laten schieten. Ik heb er heel lang over gedaan, tot nu aan toe, om die waarheid onder ogen te zien. Maar er zijn ook mensen die dat al veel eerder doen. Het is overigens niet zo dat je vanzelf lichter wordt als je ouder wordt. Er komen nieuwe moeilijkheden op je pad: je eigen dood komt dichterbij, om je heen vallen steeds meer mensen weg, je krijgt lichamelijke gebreken. Dan kan het moeilijk zijn om dat ‘gewicht’ te verliezen. Maar je kunt het wel leren.

Dat flinterdunne bestaan houdt mij enorm bezig. Het gaat ook over ons als mensheid. Hannes wijst erop hoe dun onze atmosfeer is: ga honderd kilometer de lucht in en je bent eruit. Hoe flinterdun de laag vruchtbare aarde is, waar we ons voedsel op verbouwen en waar we te veel stikstof instoppen. Hoe afhankelijk van en verweven met de atmosfeer wij zijn. Het klinkt evident als je het zo opnoemt, maar het is een besef dat heel lang in ons denken, voelen en ervaren geen rol heeft gespeeld. Wat de drie miljardairs Jeff Bezos, Elon Musk en Richard Branson nu doen met hun ruimtereizen is letterlijk een wens om te ontsnappen aan die atmosfeer. Dat is precies het gedrag waar we nu op stuklopen.

Hoe we praktisch gezien groen kunnen worden, daar hebben anderen veelmeer verstand van dan ik. Mijn rol als theoloog is de fundamentele manieren van denken die tot de crisis hebben geleid, te ontleden en te zoeken naar een alternatief. Ik denk dat we eeuwenlang hebben gedaan alsof de wereld een stabiele orde was. Een orde waarin de mens een uitzonderlijke rol vervult, omdat hij geschapen is naar het beeld van God, een almachtige God die zich buiten de atmosfeer bevindt. Dat idee is door het christendom versterkt. De moderne mens heeft daarna de plaats van deze Schepper ingenomen. Met onze dikdoenerige, zware zelven hebben we onszelf gepresenteerd als een heerser boven en buiten het flinterdunne bestaan. Maar misschien is God de wereld nog steeds aan het scheppen en is God zelf ook flinterdun.

Deze coronacrisis zie ik in het verlengde daarvan. Het virus is ook onderdeel van dat natuurlijke netwerk. Het is een ecologische crisis, een relatief kleine vergeleken met de crisis die ons nog te wachten staat. Dat betekent niet dat we alles zomaar over ons heen moeten laten komen. We mogen ook weerwerk leveren om ons plekje in het geheel in te nemen. Als we maar beseffen dat we kwetsbaar zijn. Die kwetsbaarheid te aanvaarden is moeilijk. De aanvaarding is meer dan berusting, het is volmondig en met je hele hart ja zeggen.”